Bedrijfsoverdracht met behoud van invloed: de rechten van de prioriteitsaandeelhouder in vergelijking met de rechten van de houder van een bepaald aantal aandelen

In een vorig blog werd ingegaan op de keuze tussen behoud van een bepaald aantal aandelen en het verkrijgen van een prioriteitsaandeel. In dit blog komt aan de orde welke rechten aan de houder van een prioriteitsaandeel (Golden Share)  toekomen en in welke zin deze afwijken van die van een aandeelhouder met een bepaald aantal aandelen, respectievelijk welke precies de verschillen zijn tussen beide mechanismen.

De verschillen tussen deze mechanismen zijn het best uit te leggen aan de hand van een casus: er is sprake van een familiebedrijf, waarvan de vader 100% aandeelhouder is. Deze wil het bedrijf overdragen aan zijn drie zoons, waarvan er 1 directeur wordt. Vader wil nu zoveel mogelijk van zijn aandelen overdragen, zo raken de zonen betrokken en zodoende meer gemotiveerd. De vader wil wel graag nog zeggenschap behouden om gewraakte besluiten tegen te houden als het de verkeerde kant op gaat met zijn bedrijf.

Het prioriteitsaandeel kan hier uitkomst bieden. Middels het prioriteitsaandeel kan er gekozen worden voor een verdeling waarin elke zoon al 33% van de aandelen verkrijgt. De vader houdt dan een prioriteitsaandeel van slechts 1%. Een prioriteitsaandeel kan – als daar niet al in is voorzien – worden verkregen middels een statutenwijziging. In casu kan de vader dit gemakkelijk bewerkstelligen aangezien hij op dit moment nog 100% van de aandelen houdt. Dit is anders in geval er al sprake is van meerdere aandeelhouders. Zoals in de vorige blog omschreven, kan dat voor moeilijkheden zorgen aangezien die moeten instemmen met de uitgifte van het prioriteitsaandeel.

De vader kan (zolang hij nog de zeggenschap heeft en zo nodig middels een statutenwijziging) al de bevoegdheden, die hij wenselijk acht, aan het prioriteitsaandeel toekennen. Dit wordt wel begrensd. De toegekende bevoegdheden mogen niet van zodanige aard zijn dat deze tot een wijziging van de wettelijke verdeling van taken en bevoegdheden tussen de organen van de vennootschap zullen leiden.

Hieronder enkele voorbeelden van bevoegdheden die aan de houder van het prioriteitsaandeel toekomen:

  • een bindende bestuurs-voordracht te doen.
  • bestuurders te benoemen en te ontslaan.
  • aandelen uit te geven.
  • de bestemming van de winst te bepalen alsook welk resultaat van het boekjaar wordt gereserveerd of hoe het verlies zal worden verwerkt.
  • de algemene vergadering bijeen te roepen.
  • door hem van belang geachte besluiten aan zijn goedkeuring te onderwerpen, bijvoorbeeld het besluit tot statutenwijziging en het besluit tot ontbinding van de vennootschap.

Er gelden hier opnieuw wel enkele beperkingen. Sommige zaken blijven exclusief voorbehouden aan de Algemene Vergadering (AV). De prioriteitsaandeelhouder kan geen bevoegdheden verkrijgen die van zodanige aard zijn, dat de algemene vergadering daardoor zijn taak niet meer kan vervullen. De bevoegdheden mogen immers niet tot een wijziging van de wettelijke verdeling van de organen van de vennootschap leiden. Een voorbeeld is het besluit waarbij de jaarrekening wordt vastgesteld. Dit besluit mag statutair niet worden onderworpen aan de goedkeuring van de prioriteit. Ongeoorloofd zijn daarnaast ook bepalingen die de prioriteitsaandeelhouder zoveel invloed toekennen, dat het bestuur niet langer in staat wordt gesteld de vennootschap te besturen.

Om invloed te behouden op zaken die exclusief zijn voorbehouden aan de algemene vergadering kan er door vader ook en als alternatief voor een prioriteitsaandeel worden gekozen voor een bepaald aantal aandelen dat opgeteld een blokkerende minderheid vormt. Hierdoor heeft hij de mogelijkheid om een besluit, waarvoor een gekwalificeerde meerderheid is vereist, te blokkeren. Bij een gekwalificeerde meerderheidseis van twee derde zal vader moeten beschikken over tenminste 34% van de aandelen om (passieve) zeggenschap te behouden. Hierdoor blijven er wel minder te verdelen aandelen over voor zijn drie zoons. Deze verdeling zal dus minder aantrekkelijk zijn als vader graag met de overdracht zijn zonen wil motiveren.

Daarnaast kent de gekwalificeerde meerderheidseis voor de bezitter van een minderheidspakket enkele andere nadelen:

  • De gekwalificeerde meerderheidseis biedt hem enkel een passieve vorm van zeggenschap. Het is alleen mogelijk om bepaalde besluiten tegen te houden, er is geen mogelijkheid om bijvoorbeeld een bindende voordracht te doen. Dat behoort wel tot de mogelijkheden van een prioriteitsaandeelhouder.
  • Het nodige aandelenpercentage, en daarmee de blokkerende stem, kàn al snel verwateren bij een emissie van aandelen. De vader zal dan niet langer meer de mogelijkheid hebben om een besluit te blokkeren, aangezien zijn percentuele belang onder het doorslaggevende belang is beland. Een prioriteitsaandeelhouder behoudt daarentegen zeggenschap, ook na emissie van aandelen.

Dus, door middel van het prioriteitsaandeel kan er gemakkelijk zeggenschap worden gecreëerd. Deze vorm van zeggenschap wordt begrensd doordat de bevoegdheden niet van zodanige aard mogen zijn dat het tot een wijziging van de wettelijke verdeling van taken en bevoegdheden tussen de organen van de vennootschap zal leiden. Dit speelt vooral bij de dwingendrechtelijke bevoegdheden van de algemene vergadering. Indien het wenselijk is om ook zeggenschap op het gebied van deze bevoegdheden te behouden, kan er gekozen worden voor het behouden van een gekwalificeerde meerderheid.

Zoekt u antwoord op vragen over deze materie of wenst u overleg of advies over de te maken keuzes, dan kunt u zich wenden tot Jeroen van Wassenaer van ons kantoor.

In een vorig blog werd ingegaan op de keuze tussen behoud van een bepaald aantal aandelen en het verkrijgen van een prioriteitsaandeel. In dit blog komt aan de orde welke rechten aan de prioriteitsaandeelhouder (Golden Share) toekomen en in welke zin deze afwijken van die van een aandeelhouder met een bepaald aantal aandelen, respectievelijk welke precies de verschillen zijn tussen beide mechanismen.

De verschillen tussen deze mechanismen zijn het best uit te leggen aan de hand van een casus: er is sprake van een familiebedrijf, waarvan de vader 100% aandeelhouder is. Deze wil het bedrijf overdragen aan zijn drie zoons, waarvan er 1 directeur wordt. Vader wil nu zoveel mogelijk van zijn aandelen overdragen, zo raken de zonen betrokken en zodoende meer gemotiveerd. De vader wil wel graag nog zeggenschap behouden om gewraakte besluiten tegen te houden als het de verkeerde kant op gaat met zijn bedrijf.

Het prioriteitsaandeel kan hier uitkomst bieden. Middels het prioriteitsaandeel kan er gekozen worden voor een verdeling waarin elke zoon al 33% van de aandelen verkrijgt. De vader houdt dan een prioriteitsaandeel van slechts 1%. Een prioriteitsaandeel kan – als daar niet al in is voorzien – worden verkregen middels een statutenwijziging. In casu kan de vader dit gemakkelijk bewerkstelligen aangezien hij op dit moment nog 100% van de aandelen houdt. Dit is anders in geval er al sprake is van meerdere aandeelhouders. Zoals in de vorige blog omschreven, kan dat voor moeilijkheden zorgen aangezien die moeten instemmen met de uitgifte van het prioriteitsaandeel.

De vader kan (zolang hij nog de zeggenschap heeft en zo nodig middels een statutenwijziging) al de bevoegdheden, die hij wenselijk acht, aan het prioriteitsaandeel toekennen. Dit wordt wel begrensd. De toegekende bevoegdheden mogen niet van zodanige aard zijn dat deze tot een wijziging van de wettelijke verdeling van taken en bevoegdheden tussen de organen van de vennootschap zullen leiden.

Hieronder enkele voorbeelden van bevoegdheden die aan de houder van het prioriteitsaandeel toekomen:

  • een bindende bestuurs-voordracht te doen.
  • bestuurders te benoemen en te ontslaan.
  • aandelen uit te geven.
  • de bestemming van de winst te bepalen alsook welk resultaat van het boekjaar wordt gereserveerd of hoe het verlies zal worden verwerkt.
  • de algemene vergadering bijeen te roepen.
  • door hem van belang geachte besluiten aan zijn goedkeuring te onderwerpen, bijvoorbeeld het besluit tot statutenwijziging en het besluit tot ontbinding van de vennootschap.

Er gelden hier opnieuw wel enkele beperkingen. Sommige zaken blijven exclusief voorbehouden aan de Algemene Vergadering (AV). De prioriteitsaandeelhouder kan geen bevoegdheden verkrijgen die van zodanige aard zijn, dat de algemene vergadering daardoor zijn taak niet meer kan vervullen. De bevoegdheden mogen immers niet tot een wijziging van de wettelijke verdeling van de organen van de vennootschap leiden. Een voorbeeld is het besluit waarbij de jaarrekening wordt vastgesteld. Dit besluit mag statutair niet worden onderworpen aan de goedkeuring van de prioriteit. Ongeoorloofd zijn daarnaast ook bepalingen die de prioriteitsaandeelhouder zoveel invloed toekennen, dat het bestuur niet langer in staat wordt gesteld de vennootschap te besturen.

Om invloed te behouden op zaken die exclusief zijn voorbehouden aan de algemene vergadering kan er door vader ook en als alternatief voor een prioriteitsaandeel worden gekozen voor een bepaald aantal aandelen dat opgeteld een blokkerende minderheid vormt. Hierdoor heeft hij de mogelijkheid om een besluit, waarvoor een gekwalificeerde meerderheid is vereist, te blokkeren. Bij een gekwalificeerde meerderheidseis van twee derde zal vader moeten beschikken over tenminste 34% van de aandelen om (passieve) zeggenschap te behouden. Hierdoor blijven er wel minder te verdelen aandelen over voor zijn drie zoons. Deze verdeling zal dus minder aantrekkelijk zijn als vader graag met de overdracht zijn zonen wil motiveren.

Daarnaast kent de gekwalificeerde meerderheidseis voor de bezitter van een minderheidspakket enkele andere nadelen:

  • De gekwalificeerde meerderheidseis biedt hem enkel een passieve vorm van zeggenschap. Het is alleen mogelijk om bepaalde besluiten tegen te houden, er is geen mogelijkheid om bijvoorbeeld een bindende voordracht te doen. Dat behoort wel tot de mogelijkheden van een prioriteitsaandeelhouder.
  • Het nodige aandelenpercentage, en daarmee de blokkerende stem, kàn al snel verwateren bij een emissie van aandelen. De vader zal dan niet langer meer de mogelijkheid hebben om een besluit te blokkeren, aangezien zijn percentuele belang onder het doorslaggevende belang is beland. Een prioriteitsaandeelhouder behoudt daarentegen zeggenschap, ook na emissie van aandelen.

Dus; door middel van het prioriteitsaandeel kan er gemakkelijk zeggenschap worden gecreëerd. Deze vorm van zeggenschap wordt begrensd doordat de bevoegdheden niet van zodanige aard mogen zijn dat het tot een wijziging van de wettelijke verdeling van taken en bevoegdheden tussen de organen van de vennootschap zal leiden. Dit speelt vooral bij de dwingendrechtelijke bevoegdheden van de algemene vergadering. Indien het wenselijk is om ook zeggenschap op het gebied van deze bevoegdheden te behouden, kan er gekozen worden voor het behouden van een gekwalificeerde meerderheid.

Zoekt u antwoord op vragen over deze materie of wenst u overleg of advies over de te maken keuzes, dan kunt u zich wenden tot Jeroen van Wassenaer van ons kantoor.